Onder de vier ikonen voor de extra toetsen verschijnt de naam van
de eigenlijke toets, die de functie uitvoert. Wordt daarbij v¢¢r de
toetsnamen het teken #
aangegeven, dan geet het hier om de
toets op het nummerieke toetsenbord. Omdat er in het veld maar plaats
is voor drie toetsnamen, moeten deze afgekort worden.
Hier geldt:
– [Return], Hoofdtoetsenbord
– [Enter], Numerieke toetsenbord
– [Backspace]
– [Help]
– [Insert]
– [Undo]
– [ClrHome]
Hoe de toetsen gedefinieerd moeten worden, kunt u in hoofdstuk 5.2.3, Pulldown-menu Opties, Commandotoetsen lezen.