De laatste vier velden in de kopregel dienen voor het aangeven en
invoeren van de positie en grootte van een frame. X en Y geven de
beginpositie van een frame aan en worden bij iedere beweging van de
muiscursor aangegeven behalve wanneer de cursor zich buiten het
werkveld bevindt. Is in de tekst-module
een lineaal gekozen dan
wordt in veld X
de horizontale afstand van de lineaal tot de
linkerrand van het frame aangegeven. Het Y-veld blijft in dit geval
leeg (zie Hoofdstuk 5.6, Tekst-module). Bij het aanmaken van een frame
wordt tevens de grootte in de velden dX en dY aangegeven. De daarbij
behorende maateenheden kunt u in de pagina-module instellen.
De positie en de buitenmaten van een frame kunt u echter niet uitsluitend met de muis aangeven, u kunt de waarden ook direct in de coördinaatvelden intypen. Klik daarvoor op één van de coördinaatvelden. U kunt nu het gewenste getal ingeven. Met de cursortoetsen kunt u van coördinaatveld wisselen. Deze aanduiding is ten eerste veel preciezer, ten tweede uitgebreider dan de lineaal, die voor een snel, maar minder nauwkeurig overzicht dient. Ingeval u een verkeerd getal invoert kunt u met de [Undo]-toets (zie hieronder) de oude waarde weer herstellen.
Verschiedene Module nutzen die Koordinaten-Anzeige ebenfalls, um eigene Daten dort zu visualisieren, z.B. FrankLIN (Prozentwerte der Kennlinien-Koordinaten), JPEG-Import (Prozentwert der bereits geladenen Daten) etc.
Das Koordinateneingabefeld bietet Rechenfunktionen:
Neben den vier Grundrechenarten Addieren (+), Subtrahieren --,
Multiplizieren (*) und Dividieren (/) stehen Klammerfunktionen und
Exponentialrechnung (^) zur Verfügung. Natürlich wird wird die Regel
Punkt- vor Strichrechnung
beachtet. Zudem zeigt das
Koordinateneingabefeld die aktuelle Maßeinheit direkt mit an. Sobald
Sie einen der vier Koordinaten-Werte anklicken, öffnet sich die
Eingabemaske mit langen Eingabefeldern für Formeln: